Vroeger was ik nergens bang voor. Op de basisschool waren
een ander meisje en ik de enigen die met barbies speelden. De jongens
voetbalden. Wij wilden natuurlijk niet achterblijven en lieten de poppen en de
zandbak voor wat ze waren en vlogen ook het voetbalveld op en neer. Door weer
en wind waren we wel ergens met de bal bezig. De ene keer op het veld, de
andere keer op het schoolplein tot de meester boos werd, omdat de bal voor de
tiende keer in de sloot lag. En in de winter gingen we wel op het ijs
voetballen. Bang voor de bal? Nee hoor.
Hoe ouder je wordt, hoe banger volgens mij. Mijn
12-jarige ik kende geen angsten. Zij stond gewoon op keep, rende de goal uit om
keiharde ballen tegen te houden en gaf geen krimp als iemand hard tegen haar
voet schopte. Een bal in de buik? Even slikken en weer doorgaan. Nu, een aantal
jaar later, ben ik veel angstiger geworden en zie ik ineens overal gevaar.
Vorige zomer waren we op vakantie in Rhodos. We gingen
naar een naastgelegen waterpark met tientallen glijbanen. Mijn vriend vond het
geweldig. Geen enkele glijbaan was voor hem te gek. Angst? Dat kende hij niet.
Nou, ik wel. Sommige glijbanen waren ontzettend hoog. Op elk bordje werd
gewaarschuwd dat je goed moest kunnen zwemmen. Ik in paniek: wanneer kun je
goed kunnen zwemmen? Toch deed ik maar gewoon mee. Heel voorzichtig ging ik op
de glijbanen staan en liet mij langzaam naar beneden zakken. Ogen stijf op
elkaar en precies de aanwijzingen van de zongebruinde badmeesters opvolgen.
De eerste glijbaan wilde ik graag een beetje voorzichtig
beginnen. Jammer genoeg bleek dat meteen de engste te zijn. Er kwam geen einde
aan. Keihard vloog ik over de baan, stijl naar beneden. Het water vloog om mijn
oren. Paniekerig hapte ik naar adem, maar kreeg alleen maar meer water binnen. Voor
mijn gevoel duurde het een eeuwigheid.
Eindelijk was daar de verzachtende plons in het zwembad. Mijn
vriend stond lachend op de kant en bekeek hoe ik als een spartelende zalm uitgeput
naar de kant kroop. Mijn smeekbede om op een bedje in te zon te gaan liggen,
werd niet verhoord. We moesten er nog wel een paar doen hoor, vond hij. Gelukkig
waren die een stuk minder eng, maar een echte waterrat zonder angst? Nee, dat
ben ik niet.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten