Ik was echt met stomheid geslagen. Al die mensen voor één specifieke winkel. Al die mensen die gewoon stonden te wachten tot die winkel haar deuren opende voor duizenden bezoekers op één dag. Al die vrouwen en meisjes die met hebberige ogen naar de etalages stonden te kijken. Het geur van de nieuwe kleding bijna kon ruiken. De knalkleuren groen, geel, rood, blauw en roze kwamen je tegemoet. En dan stond je daar als vrouw gewoon te wachten tot de klapdeuren open zouden gaan en iedereen naar binnen kon stormen…
Maar ik ben zo’n meisje. Ik sta daar ook, net als al die andere zestig vrouwen, te wachten tot die winkel open gaat. En als hij open gaat, dan storm ik naar binnen met een hebberige glimlach op mijn gezicht. Ik gris meteen een grote ‘shoppingbag’ van het stapeltje en ren praktisch die hele winkel door. Op zoek naar leuke koopjes. Truien van vijf euro, schoenen voor zes en tassen voor tien. Het is werkelijk waar een heerlijk gevoel. Wel jammer is de rij voor de pashokjes. En ook jammer is die enorme drukte! Ik ben blijkbaar niet de enige die weet dat het een zeer goedkope en vooral leuke winkel is. Met het zweet op mijn voorhoofd kom ik na een goed uur dan toch bij de kassa’s terecht.
En dat doet toch wel pijn. Met pijn en moeite haal ik dan mijn pinpas door het apparaat. Ik zie het meisje achter de kassa naar me kijken. Het schaamrood staat op mijn kaken. Ik weet het. Ik weet het. Ik weet het! Ik ben een impulsieve koper. Ik koop teveel. Ik koop dingen die ik absoluut niet nodig heb. En ik koop dingen waar ik later spijt van heb. Ik zie het gezicht van mijn ouders al vertrekken als ik met twee grote Primark tassen binnen kom wandelen. Ik hoor ze al vragen: ‘Hoeveel heb je uitgegeven?’ Ik haal dan maar mijn schouders op en mompel een zacht antwoord. Ik durf het gewoon niet meer te zeggen. De vorige keer kon ik me nog aardig inhouden, maar deze keer? Oeps…
Geen opmerkingen:
Een reactie posten